Exit Vietnam
Vlak bij Nha Trang, thuis bij onze host Ralph, werden we in de watten gelegd. Zo dronken we verschillende soorten bier in een brouwerij en aten we in een Russisch restaurant met gelukkig ook een Engelse kaart.
Ontbijten deden we op de markt op een krukje, waar een vrouw grote poffers bakte van beslag, ei en vlees.
Bij zijn zwager aten we pasta en zag ik een afwijkend bord aan voor nog een gerecht; ’t was groente met paling. Het bord was echter van de zwager, die erom moest lachen dat ik zomaar wat pakte van zijn bord.
Tijdens het uitlaten van zijn hond, zag ik op een boom een blauwachtige kameleon, een lizzard.
Ralph vertelde dat mensen die wat geld over hadden, een huisje voor hun voorouders lieten bouwen. Inrichten lijkt me dan overbodig.
Bij Phan Rang staan drie prachtige torens van de Chamkoning Po Klong Garai (± 1200). In tegenstelling met My Son zijn de mooie beeldjes en ornamenten hier in goede staat. Er is zelfs een beeld van de stier Nandi van Shiva, waar boeren hun gaven brachten voor een goede oogst. In oktober, met Kate, het Chamnieuwjaar, gebeurt dat nog steeds en is er een groot festival.
In dit gebied is ook druiventeelt over horizontale draden en duiken er ineens schaapskuddes op. Het landschap verandert rap in een halfwoestijn, kale grond en rotsen met een enkel boompje en veel schijfcactussen. Bij een sanitaire stop houdt een oerlelijk kikkertje mij gezelschap op de ‘brandschone’ wc.
Naast de vlinders zijn ook de vele vogels, als bijeneters, soorten ijsvogels en hoppen lastig vast te leggen. Frank leert hier ook wat bij, al blijft het niet goed hangen; leeftijd of zou het interesse zijn?
Naar Phan Thiet hebben we een schitterende gravelweg gepakt. Er zijn veel witte, gele en rode duinen en in zee zien we tientallen kilometers tien rijen breed visnetten. Begrijpelijk dat er hier weinig vis is en vooral kleine vissen zijn. Rijdend naar La Gi is het landschap weer zo anders. Groene lanen met schaduw en heel veel dragonfruitkwekers; dragonfruit is een heerlijke en mooie roze vrucht die smaakt naar meloen en kiwi en groeit aan tentakelachtige armen van een anderhalve meter hoge vetplant.
Nieuwsgierig als ik ben naar nieuwe dingen heb ik een drankje genomen met ijs en suikerrietstengels die eerst door een mangel gaan. Lekkerder vind ik echter sap van de zuurzak, al klinkt de naam heel onaantrekkelijk.
Een jongetje had een levende cicade aan een touwtje vastgemaakt zodat hij niet steeds batterijen hoefde te wisselen en toch een mooie helikopter had. We spraken een lieve, oud-leraar van 71, die heel blij was af en toe Engels te kunnen praten en dat kon hij heel goed. Hij zei dat zijn pensioen net genoeg voor de vaste lasten was en dat hij daarom wat loten verkocht die weinig opleverden. Heel leuk vond ik het om te zien hoe kleuters op het schoolplein de dag beginnen met zingen en de wat oudere kinderen met militair aandoende presentaties.
In tegenstelling tot het arme noorden waar de boeren de natte rijst akkers met buffels bewerken, doen ze dat in het zuiden met machines, waar alles ook welvarender is. Met 44 °c in de zon reden we Saigon in, waar de eetcultuur en alles op straat er veel welvarender uitzien dan in Hanoi. Groot en hectisch is het, niet naar en wil je oversteken of afslaan, dan moet je dat rustig en resoluut doen, blijven kijken naar het verkeer gaat goed. Het is grappig om te doen.
Op de megagrote Ben Thanhmarkt ben ik cadeautjes gaan kopen en is onderhandelen een must. Meestal kwam ik op de helft uit. Ik houd er niet van, de verkoopster van het laatste stalletje ook niet. Ik feliciteerde haar, want ik nam de boeddha’s toch. Heb er zelfs nog een bijgehaald!
En toen zat het er weer op. 1990 km fietsen met Angela en Frank, ik zal er nog vaak met enthousiasme aan terugdenken. In het begin waren er wat opstartprobleempjes in de communicatie met een gestroomlijnde machine, waar eigenwijze en wat dove opa aan moest wennen. Het lijf ook, vooral door de warmte. Gelukkig went alles, dus ook dit. Verbazend al de technologie aan boord. Zo is er een gps die door dynamo, Google Maps en open street map zijn input krijgt, legt een Delorme die elke tien minuten de afgelegde weg vast, registreert een accupack in de stuurpen allerlei interessante gegevens. Als een Vietnamees niet begrijpt wat je zegt, kun je met Google Translate zijn taal op de tablet laten zien.
Mijn ideale fietsafstand is rond de 75 km, ’s morgens rond 7 uur op de fiets en rond de middag onder de douche. Heerlijk is het om van hellingen af te scheuren, erop wat minder. Pauzeren, eten en veel drinken deden we meestal bij een benzinepomp. Natuurlijk zijn er leukere plekken te bedenken, alleen waren die er nauwelijks of was het eigendom van iemand. In verschillende routeboekjes wordt een fietsdag van 120 km als zware dag aangemerkt en jullie doen dat vaak.
Bewondering voor jullie doorzettingsvermogen had ik al en nu ik 35 dagen meegefietst heb, is die alleen nog maar toegenomen!
Ja en dan nu de 29e pak ik vanavond laat het vliegtuig en is het EXIT Vietnam.