Turkmenistan
De wekker staat om 6.45u maar om 6.30u zijn we beide klaarwakker. Over een anderhalf uur gaat de grens open en we willen er op tijd zijn. Niet dat we nu per se Iran zo snel mogelijk willen verlaten, maar we willen zo optimaal mogelijk gebruik maken van ons vijf dagen transit visum. Saillant detail: de Let die we gisteren ontmoetten en vandaag ook de grens oversteekt heeft maar drie dagen gekregen evenals het Duitse stel dat we gisteren telefonisch hebben gesproken.
Nog snel even wat vers brood naar binnen en op naar de grens. We zijn er om 7.55u en moeten even wachten totdat een dame onze tassen komt controleren. Alhoewel controleren, een paar tasjes moeten open en mogen gelijk weer dicht. En ze vraagt of we een telefoon hebben. Als laatste ook nog de vraag of we codeïne hebben. Ze geeft aan dat je dat in Iran wel mag hebben maar dat dat in Turkmenistan een groot probleem kan zijn. Na deze check leveren we ons paspoort in bij de douanier. We zien hem een paar keer ermee rondlopen. Uiteindelijk mogen we om 8.40u het land verlaten. Nou ja, nadat een andere douanier de stempels gecontroleerd heeft.
Vrij snel zien we controlepost met Turkmeense militairen. We moeten een kleine tien minuten wachten en na het tonen van onze paspoorten mogen we door naar de Turkmeense douane. Als eerste zien we dat ze een Iraanse vrachtwagen met dozen toffees compleet aan het leeghalen zijn. Ondertussen wordt ook het onderstel gecontroleerd. Rondom de vrachtwagen loopt een soort zwerfhond. Die zullen nog wel een paar uur bezig zijn.
Wij worden enthousiast ontvangen. Eerst moeten we mee met een man met witte jas. Hij blijkt de medische controle te moeten uitvoeren. We komen in een dokterskamertje en hij vraagt of we gezond zijn. Na een bevestigend antwoord van onze kant zit de controle er weer op. Vervolgens mogen we ons tijdens het wachten bij de kachel opwarmen. De paspoorten nemen ze mee en wij moeten een formulier invullen dat we geen narcotica of wapens hebben. Op hetzelfde formulier geven we ook aan welke elektronica we hebben en hoeveel geld we meenemen. Ook moeten we hierop ons paspoortnummer invullen. We geven aan dat we dan wel ons paspoort nodig hebben. Vervolgens moeten we voor al deze onzin ook nog eens 10 dollar per persoon betalen. Dit wordt dan zelfs nog vermeerderd met twee keer twee dollar administratiekosten, het moet niet gekker worden.
Nu moet ook nog alle bagage door de scanner en moeten we enkele tassen openmaken. De man achter de scanner vraagt nog een keer expliciet of we geen geweer bij ons hebben en doet deze na om er zeker van te zijn daar we weten wat hij bedoeld. Na ontkennend te hebben geantwoord en onze tassen weer opgeladen te hebben mogen we om 9.40u Turkmenistan in. Alhoewel, nadat bij een tweede post de stempels van de eerste weer zijn gecontroleerd. Maar dan mogen we ook echt door. We hebben nu al 1.40u minuten van onze vijf dagen besteed. En daar komt nog 1.30u gelijk bij door het tijdsverschil. We fietsen dus eigenlijk om 11.10u het land in.
Ondanks negatieve geluiden zijn de Turkmenen gastvrij, er wordt getoeterd en gezwaaid. We moeten compleet vertrouwen op de gps, want borden staan er niet. Blijkbaar is daar geen geld voor, evenals voor het onderhoud van de wegen. We dachten toch echt dat dit land genoeg geld had vanwege het aardgas, maar blijkbaar gaat dat ergens anders heen.
Na een kilometer of dertig is er een checkpoint en worden onze paspoorten gecontroleerd. We kletsen wat met een jonge militair die ook wat woorden Frans spreekt. Ook hier weer heel hartelijk.
Na 80km stuiterend op een weg die ooit asfalt was, houden we het voor gezien en zoeken een plekje voor onze tent. Tussen het riet vinden we een plekje. Als de tent staat wordt het snel donker en zakt de temperatuur voor het eerst onder nul. Een of ander knaagdier houdt ons nog een tijd gezelschap, maar we vallen beiden in slaap. ’s Ochtends komen we door de vorst (minimum van -8,2°c) moeizaam op gang. We trekken voor het eerst onze winterkleding aan. Schudden de bevroren dauw van de tent en rijden na anderhalf uur weg.
Het duurt nog wel even voordat al onze ledematen ontdooid zijn. Het wordt vandaag uiteindelijk 10°c. In een dorpje krijgen we twee flesjes water bij een restaurant en na dit dorpje volgen we de hoofdweg naar Mary (spreek uit als Marrie). Dit is een weg met gescheiden rijbanen, waarvan de rechter nieuw is. Helaas is deze rijbaan nog niet helemaal af (volgens mij al tien jaar niet), zodat het uiteindelijk toch geen gescheiden rijbanen zijn. We fietsen af en toe wel op die nieuwe rijbaan, maar geregeld liggen er bergen zand, of stopt hij helemaal. Maar alles beter dan de rijbaan die wel open is voor verkeer. 15 km voor Mary breekt een spaak bij Angela. We rijden door en zoeken een betaalbaar hotel. Het vierde hotel is betaalbaar ($20), maar is erg spartaans. We nemen de kamer en ik repareer eerst Angela’s wiel. Op de kamer gebruiken we onze brander om een maaltijd te koken en onze dompelaar voor de thee. We drogen de spullen, herpakken de tassen en gaan slapen.
We schieten goed op, we zitten om 8 uur op de fiets. Hopelijk kunnen we vandaag dik 100km rijden, zodat we hem daarna eenvoudig uit kunnen rijden. De borden (de eerste die we in Turkmenistan zien) zeggen dat we naar rechts moeten naar Turkmenabat, de gps zegt rechtdoor. Rechtdoor blijkt via het plaatsje Bairam Ali te gaan waar we toch nog wat geld ($10 = 38,50Manat) wisselen en koekjes en cola kunnen kopen. Ook zien we nog een glimp van een ruïne stadje (Merv) dat ooit een belangrijke stad was voor de zijderoute. Na het plaatsje rijden we een doodlopende weg in, waardoor we de fietsen over een spoorweg moeten duwen. Daarbij breekt bij mij een bout van de voordrager. Na drie reparaties en een dik uur vertraging zit hij met duct tape, tie raps, tape en een slangenklem weer vast.
De route gaat vooral door de woestijn, de weg is meestal best aardig, de wind valt mee, er blijken toch heuvels te bestaan in Turkmenistan en we zien dromedarissen. We worden weer staande gehouden bij een checkpoint. Niet voor ons paspoort, maar voor een slap praatje. Angela’s Tsjechisch komt hierbij van pas. Uiteindelijk wilden ze weten wat voor beroep we hadden en zeggen dat we beter niet naar Afghanistan konden gaan, omdat we dan neergeschoten zouden worden. We kregen thee aangeboden, maar we vonden een kwartier wachten al lang genoeg. Een uur voor zonsondergang zetten we tent op in de woestijn. De haringen blijven niet zitten in het mulle zand, dus gebruik ik wat sprokkelhout. Daar ligt genoeg van, dus maak ik ook een kampvuurtje. De gisteren gekookte rijst warmen we op en met de cup a soup erbij hebben we gewoon weer een tweegangenmenu. Het dessert ontbreekt, maar ach met een s minder zitten we daar middenin.
De een na laatste dag alweer, het heeft ’s nachts geregend en het spettert nog wat na. Gelukkig hebben we een beetje wind mee. De route is weer hetzelfde, oftewel: alweer veel woestijn, een betere weg, weer dromedarissen. We komen een dorpje tegen waar ik naar een winkel vraag. Een vrouwtje wordt opgetrommeld en er gaat een raampje open van een huis. Ik koop cola en koekjes, brood heeft ze niet. Wel probeert ze me ingeblikt rijst aan te smeren. Ondertussen heeft Angela van een inwoner twee warme broodjes gekregen, we fietsen naar de plek waar deze persoon vandaan kwam, maar geen bakker. Ik vraag het een bewoner en krijg een groot brood van haar. Bij onze lunch hebben we eindelijk weer eens vers brood.
We zoeken een uur voor zonsondergang weer een mooi plekje voor de nacht. Ik repareer weer een spaak van Angela en maak een kampvuur. Het oude Iraanse brood wordt weer lekker nadat we het roosteren op het vuur. ’s Avonds wordt weer helder en zakt de temperatuur.
’s Ochtends vallen er een paar spetters en hebben we ons laatste ontbijt in Turkmenistan. Het is ook weer een hele wandeling naar de weg door het mulle zand. De wind is ons goed gezind en we zijn snel in Turkmenabat. Ik besteed de laatste Manats op een markt aan chocolade en cola. Ik houd 10 cent (€0,03) over. De laatste 10 km is er opeens veel meer te zien dan alleen zand, langs de weg staat een onafgebroken rij vrachtwagens. De meeste uit Turkije, maar ook veel uit Iran en Kirgizië. We fietsen het plaatste stuk met wind in de rug Turkmenistan uit.
Dit deel van Turkmenistan lijkt vooral een kale boel te zijn, maar dat kan ook mooi zijn om te zien.
Waarschijnlijk was dit voor het eerst na lange tijd weer kamperen.Best koud!
Poeh, back to basics! Mooi verhaal!
Jullie maken me jaloers,wat mooi.
We boffen ook echt dat we dit mogen mee maken. Fijn dat jullie en anderen mee genieten!
Zo dat was wel een flink stuk “afzien”….hoewel zo voelen jullie het misschien helemaal niet. Wij gaan gewoon rijmen en dichten en van de Sint genieten!
Jullie weer een goede tocht gewenst. We vinden het steeds weer leuk om de ervaringen te lezen.
Ons emailadres is veranderd in droogman@ziggo.nl
Groet.
Wat een mooi verhaal weer jongens. Jullie beleven heel wat. Fantastisch dat jullie dit kunnen doen. Het zal wel een beetje koud zijn zo te horen. Wim volgt jullie hele route en leest uiteraard jullie verhalen. Ik lees voornamelijk de verhalen. Veel liefs van ons twee nel
Hi Angela en Frank,
De telefoon van San is stuk, dus geen appjes meer. Mooi om jullie te zien. Geniet van elke trap!
Hi Angela en Frank,
De telefoon van San is stuk, dus geen appjes meer. Mooi om jullie te zien. Geniet van elke trap!