Winters fietsen in Kirgizie
Om 7 uur staat de wekker, maar we zijn beiden een kwartier eerder wakker. Het liefst zouden we ons nog een keer omdraaien, maar we zullen onze tijd vandaag nodig hebben. Afgelopen avond is het toch weer later geworden dan we hadden gehoopt, maar ’t was wel super gezellig. Wij hadden aangeboden om voor het eten te zorgen, maar wilden eerst nog even langs Freek. Freek kreeg namelijk mensen uit Haarlem op bezoek die bereid waren wat spullen van ons mee terug te nemen (ca 3 kg). Ook mochten we Freek zijn thermosfles hebben, wat de komende, koude dagen erg fijn zal zijn.
We maakten een ‘Gut und gunstig’-maaltijd (geïmporteerd huismerk van Oshmarkt 🙂 ): ovenpatat en pizza. Becca had een heerlijke cake gemaakt en wij hadden wat kleine cadeautjes voor haar. Ze vond het erg attent en was aangedaan.
’s Morgens was iedereen voor ons om acht uur opgestaan. We hadden intussen onze fietsen al bepakt en na een bord pap namen we afscheid. Buiten nam iedereen nog wat foto’s en toen gingen we echt op weg. Het voelde als een nieuwe fietsreis.
Na 500 meter halen we snel nog wat brood en fietsen de eerste 13 km dezelfde route als onze infietsroute. De hele route hebben we natuurlijk al gezien met Freek, maar op de fiets beleef je hem uiteindelijk toch intenser. We merken duidelijk dat we drie weken niet gefietst hebben. De spieren hebben het moeilijk. Het is half bewolkt en geregeld komt het zonnetje door. Aan de gebaren van sommige mensen te zien verklaren ze ons voor gek. Gelukkig denken kinderen daar niet over na en zwaaien ze uitbundig. Voor ons lastig omdat onze handen in onze pogies zitten. Maar iets koudere handen hebben we er graag voor over om terug te zwaaien. De laarzen bevallen prima, voor mij hadden ze echter toch nog iets warmer mogen zijn. De kilometers en hoogtemeters stijgen langzaam maar gestaag.
Het meeste ijs en sneeuw is de afgelopen dagen gesmolten. Af en toe is het verraderlijk glad. Geregeld fietsen we op de linker weghelft en gebaren we auto’s op de rechter weghelft om ons maar rechts in te halen.
De laatste zeven kilometer naar de top zijn zwaar. De weg is net wat steiler en mijn energie is intussen bijna op.
Angela krijgt nog een duwtje van een wegwerker.
Vlak voor de top ga ik bijna onderuit omdat ik een foto wil maken. Mijn rechterbeen heeft kramp en ik kan hem daarom niet neerzetten. Uiteindelijk maak ik een rondje op de weg en haal ongeschonden de top.
We trekken onze regenjassen tegen de wind aan en beginnen onze afdaling van 20 km 900 m naar beneden. Het uitzicht is schitterend. Wel moeten we erg opletten voor gladheid. 55 km per uur en ijs is geen goede combinatie. De zon is intussen geregeld achter de bergen verdwenen. Dit in combinatie met afdalen levert half bevroren vingers op. Halverwege de afdaling moeten we echt stoppen om even op te warmen.
Uiteindelijk bereiken we Gulcha om vier uur, anderhalf uur voor zonsondergang. We worden opgehaald en naar onze overnachtingsplek (CBT homestay) gebracht. We krijgen lekker chocolade en thee. Helaas is het brood niet echt vers meer en de soep niet al te veel. ’s Avonds maken we van isolatiefolie teen- en handwarmers en gaan op tijd slapen.
De volgende ochtend krijg ik toch weer mijn fietsslot niet open. Na wat prutsen lukt het Angela gelukkig wel. Bij het afrekenen geven we aan dat we het avondeten vrij karig vonden. We hoeven hier niet voor te betalen. We fietsen langs een winkeltje dat helaas nog gesloten is. Gelukkig is de benzinepomp wel open en zo vertrekken we dan toch met voldoende drinken. Op de GPS lijkt de route voor vandaag een weg met een redelijke constante stijging. Er blijken echter toch steeds flinke klimmetjes in te zitten.
Ongeveer 10 km voor het dorp dat we hoopten te halen, heeft Angela het gehad. We zien een cafeetje met een hoop jongelui. We willen vragen of we daar kunnen slapen, maar niemand spreekt Engels. Helaas ook geen hulplijn (iemand die ons kan helpen vertalen) vandaag, want ons mobieltje heeft geen bereik. De overnachting is voordelig, het eten is echter (te) duur. We breken ons noodrantsoen aan en maken zelf noodles.
Angela vraagt mij of ze handschoenen op de kolenkachel kan laten drogen. Ik geef aan dat het waarschijnlijk te heet is, maar dat ze het eventueel kan voelen. Een paar minuten later ruik een schroeilucht. Angela had de handschoenen erop gelegd en vervolgens zijn ze gesmolten. Haar handschoenen waren voornamelijk verkleurd, die van mij misten onder andere een duim.
De kamer die we hebben heeft geen licht. Wanneer de eigenaar een elektrisch kacheltje wil aansluiten, blijkt er uberhaupt geen elektriciteit te zijn. We mogen vervolgens zijn eigen kamer hebben en hij sluit de kachel aan door de draden met sateprikkers in het stopcontact te stoppen.
Wij durven echter nog niet zo snel naar onze slaapkamer te gaan, want er lopen toch wat vreemde figuren rond in het cafe. Eentje houdt hele verhalen tegen ons en wij snappen er helemaal niets van. Steeds willen ze ook dat wij gaan slapen, wat ons argwanend maakt. Uiteindelijk komt er een meneer die wel drie woorden Engels spreekt. We mogen onze spullen meenemen naar de kamer en ze geven ons zelfs een touw om de deur af te sluiten. Dat werkt echter niet, dus zetten we onze spullen gewoon voor de deur neer. Van de verwarming bleek maar een spiraal van de drie te werken, dus besluiten we hem uit veiligheidsoverweging uit het stopcontact te halen.
De laatste uurtjes van het cafe blijkt voor het selecte gezelschap een zuipfestijn te zijn. We kunnen steeds meegenieten van de bijbehorende geluiden (Omdat je de mensen niet kent, leken sommige geluiden beangstiger te zijn dan ze in werkelijkheid waren). De eigenaar heeft zijn mobieltje in de kamer laten liggen en we krijgen geregeld sms’jes. Angela haalt de tassen weg en geeft de telefoon af. Midden in de nacht heeft de eigenaar opeens brood, dat op onze kamer ligt, nodig en probeert de deur te openen. Dit betekent weer de tassen weghalen.
Uiteindelijk stopt het zuipfestijn rond twee uur. Vooral Angela heeft weinig uurtjes slaap gehad.
De volgende ochtend eten we wat sultana’s en met een gevulde thermosfles vertrekken we naar de hoogste pas van onze route. Helaas is het bewolkt en valt er wat sneeuw. Het stuk naar het dorp fietsen we rap. We kopen nog een fles cola die we direct moeten opdrinken omdat hij anders bevriest.
Vervolgens kunnen we aan de echte klim beginnen. De klim is totaal acht haarspeldbochten met geregeld stukken van 12% helling. De weg is geregeld glad, maar gelukkig is er op de gladste stukken grind gestrooid. Af en toe is opeens de zon zichtbaar vanachter de bergen. Op 3300 m ben ik compleet buiten adem. De hoogte en de grote inspanning beginnen hun tol te eisen. We nemen even een goede pauze, drinken wat thee en eten Dextro. Vervolgens fietsen we in een iets langzamer tempo naar de top (3615 m).
Direct na de top is er een twee kilometer durende afdaling gevolgd door een tweede klim naar een iets lagere top. De route hiertussen is geheel wit. Overal sneeuw! We moeten voorzichtig fietsen, maar genieten enorm van de uitzichten.
Na de de tweede top hebben we een afdaling van zeven kilometer. We trekken al onze kleding aan en fietsen naar beneden. Af en toe trap ik maar achteruit om toch nog een beetje warm te blijven. Min twaalf, geen beweging en afdaling is echt heel koud. Het laatste stukje is er opeens weer asfalt te zien en we fietsen vrij eenvoudig Sary-Tash binnen. Met wat hulp vinden we onze slaapplaats (CBT homestay; normaal veel te duur: twee nachten 4000 som, maar Lola uit Osh heeft hier 2500 som van kunnen maken). De kamer is heerlijk warm en al onze ledematen kunnen ontdooien. We drinken een hoop thee om ons vochtpeil weer aan te vullen en eten ’s avonds plof.
We vallen rond negen uur al in slaap. Helaas worden we een aantal keer wakker van een combinatie van hoogte, droogte en Angela’s verstopte neus. We pakken wel goed onze rust.
’s Ochtends is de kamer nog maar 4 graden. Dat betekent dat het buiten wel erg koud geweest moet zijn (volgens het weerbericht min 25). Wij komen langzaam op gang. Het zonnetje schijnt heerlijk de kamer in en onze kolenkachel wordt weer opgestookt. Na een ontbijtje met brood en een dubieuze pap (die alleen te eten was met vier eetlepels suiker) gaan we toch even naar buiten. De gevoelstemperatuur valt mee door het heerlijke zonnetje.
We lopen door het dorp en ik maak een foto van de eerste yak (en waarschijnlijk ook de laatste) van onze reis.
We kopen wat drinken en gaan snel terug naar onze kamer die intussen rond de 30 graden is. Het water dat we gekocht hebben blijkt helaas koolzuur te bevatten, waardoor het niet zo geschikt is voor onze fietsdag morgen. ’s Middags zoeken we naar gewoon water, maar deze luxe is blijkbaar hier niet verkrijgbaar.
Wij vragen Mirbek (de eigenaar van de homestay) of hij een overnachtingsplek weet bij de grens. Hij blijkt een vriend te hebben in Nura, 7 km van de grens. Het is aan de dure kant, maar dan weten we tenminste zeker dat we een warme overnachtingsplek hebben. Mirbek kunnen we deels in dollars betalen, zodat genoeg over hebben om ook onze laatste nacht in Kirgizie te kunnen betalen.
Aan het eind van de dag zien we een paar vrachtwagens richting grens rijden. We kijken elkaar vragend aan, zal de grens vandaag dan toch open zijn? Waarschijnlijk zullen we het nooit weten. Het maakt ook niet veel uit, we hadden onze rust in Sary Tash echt nodig en morgen is de grens sowieso gesloten vanwege Orthodox Kerstmis. De zonsondergang aan het eind van de dag is schitterend. We gaan op tijd slapen, morgen zal een koude dag zijn.
Wat een heftige verhalen! Gelukkig is het allemaal goed gegaan. We hopen van harte dat het vanaf nu wat minder heftig wordt en jullie heerlijk kunnen gaan genieten van China.
dikke kus, pa&ma
Mooi al die KEMA keuren hier en daar gewoon sateprikkers in een stekkerdoos :P. Leuk ook die foto’s! Knap dat jullie het zo doen, wel een levenservaring erbij.
Hi Angela & Frank!
Nice that you finally got to see a yak ! 😉 Any yak cheese/milk/(blood?) that day? I sent your mail a few days ago from Sweden, totally forgot in Istanbul. Hope you are enjoying China!
Best,
Sam