Langs de kust
Het leuke van de QL1 is dat je hem soms kunt mijden. Eigenlijk vind ik die QL1 helemaal niet zo erg als ik soms van anderen hoor of in andere verslagen lees. Naarmate we zuidelijker komen, is er minder verkeer en de natuur eromheen is werkelijk prachtig. We rijden door rijstvelden, langs groene bergen en we zien de zee regelmatig. Maar een B-weg is toch vaak leuker. Je kunt dan optimaal genieten van de rust, de geluiden uit de natuur en van enthousiaste mensen.
Vanwege het warme weer fietsen we nu ’s morgens vroeg weg en houden we ’s middags een lange pauze. Omdat pa meer last van de warmte heeft dan wij, proberen we bij kortere afstanden al voor de middag op de bestemming te zijn, zodat hij nog lekker kan rusten.
De weg langs de kust brengt heuvels en soms een pas(je) met zich mee. Dat maakt de route soms wat pittig, maar vooral mooi. De uitzichten over zee en over de baaien zijn fantastisch. Het is erg genieten.
Ik vind het vooral ook erg interessant om het proces van de rijstoogst te volgen. In China hadden we nog groene en modderige velden die onder water stonden. In Noord-Vietnam was de rijst al opgekomen en hier in het zuiden is de rijst geoogst en wordt het op straat te drogen gelegd voor twee dagen. Daarna wordt de rijst gezeefd en in enorme zakken gestopt die per ossenkar of brommer verder worden vervoerd. Het is erg leuk de een bezig te zien met z’n harkje, waar de ander gewoon op blote voeten de te drogen rijst omhusselt.
Van Hoi An fietsten we via Tam Ky, Quang Ngai en het strand van Sa Huynh naar Quy Nhon. Hier bleven we een dagje extra en genoten we van het strand en liepen we op blote voeten in de zee. Het water was al heerlijk warm. We bekeken twee pagodes en de blauwe Boeddha.
Van Quy Nhon fietsten we naar Tuy Hoa. We begonnen om zes uur meteen met een warming up, wat zeer nodig was bij de frisse 26 graden van dat moment. De warming up bestond uit het beklimmen van een heuvel, daarna nog een en daarna nog een.
Ja, de spieren waren in no-time opgewarmd. De rest van de dag bleef heuvelachtig, je fietst als het ware door de duinen, maar dan net even hoger. De helling van 12% was pittig. Pa ging hem lopend te lijf, Frank en ik kwamen al trappend boven.
Vervolgens moest ik nog een proeve van bekwaamheid doorstaan. Frank zag op de GPS een brug en daarmee een mogelijkheid tot een B-weg, zodat we ook de andere heuvels zouden vermijden. Een goed idee. Het enige wat ik toen niet wist, was dat die brug een door Vietnamezen met de hand gemaakte houten brug was, zo eentje waar niet alle planken vast zitten, die wiebelt als het erg waait en die kraakt als je erover heen loopt. En we mochten er niet zomaar over, nee we moesten toegang betalen. Dat is wel vaker het geval, dus we lazen op het tarievenbord hoeveel we moesten betalen. De kaartjesverkoper wilde echter het tienvoudige hebben, de mafkees. Daar gingen wij niet mee akkoord. Na enkele minuten kwam er een scooter met drie personen van de andere kant. Deze mensen betaalden het gewone tarief, waarop de verkoper schaapachtig naar ons begon te lachen en nogmaals het tienvoudige vroeg. Dat had hij niet moeten doen. Frank sommeerde pa direct op z’n fiets te stappen en de brug over te fietsen. Pa stribbelde wat tegen, maar ging en Frank volgde hem op de voet. Ik was als laatste en moest wat meer moeite doen: de meneer van de scooter probeerde mij tegen te houden, maar een reuzin als ik schudde de kleine kerel zo van zich af. Toen ging de verkoper aan mijn fiets hangen, alsof dat enige zin had. Hij kreeg een lel van mij en liet los. Toen konden we door. Nou ja, door. Ik houd al niet van stevige open trappen e.d., maar zo’n brug als deze doet me helemaal in paniek raken. En waarom? Het enige wat kon gebeuren was dat ik door de brug zou zakken en met fiets en al in het water zou belanden. Waarom was die brug dan ook zo lang? Er leek geen eind aan te komen. De Vietnameesogende toeristen die van de andere kwamen maakten gretig foto’s van ons (schoot ik maar een beetje meer op). Uiteindelijk bereikte ik de overkant en konden we vrolijk verder fietsen.
De route die volgde was een van de mooiste in Vietnam. We fietsten over een soort schiereiland en genoten van de vogels, de uitzichten en de mensen.
Er volgden onverwacht toch nog twee klimmetjes, maar daarna bereikten we Tuy Hoa. Daar verbleven we in een prima hotel.’s Avonds aten we bij Bob, een Amerikaan die een hostel en eetcafe is begonnen. Op zijn website pronkte hij met zijn pizza’s. En we moeten eerlijk toegeven: de pizza’s waren goddelijk.
Er stond nog een echte pas op het programma, de Deo Ca.
Net als de eerste pas viel hij wel mee (pa zal dit bestrijden): niet meer dan 7% stijgen met redelijke stukken wat vlakker ertussen, zodat je weer even kunt opladen. Deze pas vond ik wel fijn: klimmen maar niet te, prachtige uitzichten en binnen enkele kilometers ben je al op de top. Daarna was het genieten van een snelle afdaling. Helaas zat ik achter een vrachtwagen die niet zo snel kon, dus ik was genoodzaakt toch mijn remmen te gebruiken. De baai van Dai Lahn was schitterend om te zien.
Sowieso gaf de kust mij af en toe het idee op een tropisch eiland te zijn: witte stranden, heldere zee, palmbomen.
In Van Gia waren we pa nog even kwijt: na een korte stop bij een benzinepomp reed hij pardoes de andere kant op, hij dacht dat hij ons zag fietsen. Omdat hij meewind had en niet te veel achter wilde raken, trapte hij goed door. Wij zagen het gebeuren, dus Frank zette de achtervolging in. Het duurde een behoorlijke tijd voordat ik de twee weer bij me had, maar gelukkig konden we met elkaar verder naar het hotel.
De volgende dag hoefden we maar een kleine zestig kilometer te fietsen. We waren dan ook halverwege de ochtend al bij onze host, Ralph. Hij woont met zijn vrouw en dochter tien kilometer ten westen van Nha Trang, in een gezellig dorp. We werden zeer hartelijk verwelkomd en genoten niet veel later van een ijskoud biertje, Heineken wel te verstaan. Wat een bof! Ralphs vrouw heeft jaren als kokkin gewerkt. Ze verwende ons met de lekkerste maaltijden en hapjes.
We rustten goed uit, wandelden wat, Frank bezocht het plaatsje en we bereidden ons voor op het laatste stuk naar Saigon.
Hoi Angela,
Zo te lezen sta jij je mannetje wel!!! Zijn jullie nog niet verzadigd van alle indrukken? Ik blijf het leuk vinden om jullie reisverslagen te lezen.
Groetjes Til.
Ha alle drie,
Wat ’n boeiende verhalen weer. Gelukkig zijn jullie nog met z’n drieen.
Je moet pa Aat altijd in de gaten houden, dat weet ik al 45 jaar!!!
Wat ’n heerlijk eten staat daar op tafel, dat is echt smullen! Jullie boffen maar
dat je dit kunt doen!
Dikke kus
Ha luitjes. Nog een paar dagen en dan gaat Aat weer terug.. Jullie zullen vast genoten hebben. Angela een heel fijne verjaardag gewenst he. En goed te horen dat jullie twee mei weer deze kant opkomen. In Europa is het ook genieten toch liefs van ons Wim en nel